IX
Professor Pekelder
In het Nederlands tellen
we tot tien omdat we tien vingers hebben. En tellen doe je in onze contreien
met je vingers, althans de kleineren onder ons. In het Samoan betekent het
woord lima zowel ‘vijf’ als ‘hand’.
Een hand heeft vijf vingers. Omdat mensen twee handen hebben, is het tellen in
veel culturen op het zogenaamde tientallig stelsel gebaseerd. Dit is een handig
(sic!) systeem, want het is oneindig. Als je bij negen bent en de tien
symbooltjes, namelijk 0 tot en met 9, hebt opgebruikt, begin je weer bij het
begin: je combineert 0 en 1 tot 10. Denk nu niet dat dit het enige telsysteem
is. Wiskundigen maken berekeningen met behulp van andere stelsels, bijvoorbeeld
het zestallig stelsel. Dit is voor de leek erg lastig, want het verandert het
optellen en aftrekken. Hoe gaat dat dan? Je hebt maar zes symbooltjes: 0, 1, 2,
3, 4 en 5. Dit betekent dat je in eerste instantie niet verder komt dan vijf
(vijf is dus vijf). Zes is tien want je moet opnieuw beginnen. Zeven is elf,
één zestal en één eenheid. Vijfenvijftig (het hoogste dat we met twee cijfers
kunnen tellen binnen het zestallig stelsel) is vijf zestallen met vijf
eenheden, dus vijfendertig in het tientallig stelsel. Het wordt nog spannender
als je berekeningen gaat uitvoeren. Zo geldt binnen het zestallig stelsel: 23 +
14 = 41. Het eerste getal duidt immers twee zestallen en drie eenheden aan (=
15). Het tweede getal staat voor één zestal en vier eenheden (= 10). Het
laatste getal duidt vier zestallen aan en één eenheid (= 25), dus 15 + 10 = 25
binnen het tientallig stelsel. Een prijsvraagje voor de volgende keer? Hoeveel
is 38 - 18 binnen het zeventallig stelsel…? De winnaar krijgt van mij de vijf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten