zaterdag 30 maart 2019

De Zeven Hoofdzonden
Kryštof Zindr


Hoofdzonde is een term die door de rooms-katholieke kerk wordt gebruikt. Er bestaan zeven hoofdzonden – woede, afgunst, hebzucht, onmatigheid, luiheid, lust en ijdelheid. Deze zonden worden hoofdzonden genoemd, omdat ze de basis voor andere zonden zijn. Hun afkomst is onbekend, de eerste vermelding komt uit de 4e eeuw, maar als geheel worden ze pas in de 6e eeuw door paus Gregorius I gepubliceerd. De zeven hoofdzonde verschijnen vaak in de literatuur, op schilderijen en in andere media. Voorbeelden van vermeldingen van de zeven hoofdzonden zijn de Divina Commedia van Dante Alighieri en de film Se7en van David Fincher. Voor mijn vergelijking heb ik het schilderij De Zeven Hoofdzonden van Jheronimus Bosch gekozen.

De zeven hoofdzonden werd door Jheronimus Bosch tussen 1500 – 1525 geschilderd. Het schilderij is tegenwoordig te zien in Museo del Prado in Madrid. Het schilderij bestaat uit vijf kringen – vier kleine in de hoeken en een grote in het midden. Op de vier kleine kringen zijn De Vier Uitersten uitgebeeld. De Vier Uitersten zijn volgens het christendom de vier laatste stadia van de ziel in het leven en het hiernamaals. Er zijn de dood, het laatste oordeel, de hel en de hemel. In het schilderij van Bosch zijn ze "in [de] chronologische volgorde" geordend. De dood is uitgebeeld als de laatste sacramenten, de engel en de duivel zijn aanwezig. In het laatste oordeel, zijn Jezus en de engelen die bij de dode aan het waken zijn. In de hel lijden de zondaren voor hun zonden, terwijl in de hemel Jezus en de engelen voor de poort naar de hemel de duivel tegenhouden.

Het belangrijkste gedeelte van het schilderij is de grote cirkel in het midden. In het midden van de cirkel is een kleinere cirkel, waar de halfnaakte Jezus uitgebeeld is. Onder hem staat een opschrift in het latijn: Cave cave dominus videt. In het Nederlands betekent het 'Pas op, pas op, de heer ziet'. Rondom Jezus zijn de zeven hoofdzonden uitgebeeld. In de sector van de onmatigheid zit een dronkaard die drinkt en een zwaarlijvige etende man met zijn eveneens zwaarlijvige zoon. In de afbeelding van luiheid slaapt een man die zijn geloof vergeet. In het deel over de lust zitten twee mensen in de tent met twee clowns die hen vermaken. In de afbeelding van de ijdelheid staat een vrouw die in een spiegel kijkt en die door de duivel vastgehouden wordt. In de sector van de woede is een vrouw die een ruzie tussen twee dronkaards probeert te verhinderen. In het beeld waar afgunst uitgebeeld is, staat een stel in een huis dat met afgunstige blikken naar een rijke man kijkt terwijl een dienaar een zak met geld wegneemt. In het huis staat ook een meisje dat naar een portemonnee van een man kijkt. In de laatste afbeelding met hebzucht staat een corrupte rechter die het smeergeld accepteert.

Jheronimus Bosch probeerde met zijn schilderij de maatschappij te bekritiseren, de maatschappij die heel religieus was, maar vaak zondigde. Zijn kritiek is nog altijd actueel, de hedendaagse maatschappij is ook vandaag vol met zonden. Vanuit het gezichtspunt van intermediale uitwisselingen, zijn de zeven hoofdzonde een lijst van zonden zonder verdere specificaties, daarom kan men ze heel vrij interpreteren. De zeven hoofdzonden is een van de beroemdste werken van Jheronimus Bosch, daarom denk ik dat het is hem heel goed gelukt de zeven hoofdzonden te interpreteren.

Bronnen:
https://www.jheronimusbosch-artcenter.nl/ontdekken https://nl.wikipedia.org/wiki/Zeven_Hoofdzonden_(schilderij) https://www.tongerlo.org/2016/06/04/de-7-hoofdzonden/ https://www.camerata-trajectina.nl/recording/de-zeven-zonden-van-jeroen-bosch/ https://en.wikipedia.org/wiki/The_Seven_Deadly_Sins_and_the_Four_Last_Things

donderdag 21 maart 2019

XVII

ZIJN
Professor Pekelder

Veel mensen denken dat de zogenaamde exacte wetenschappen nuttiger zijn dan de menswetenschappen. Om kort te gaan: wis-, natuur- en scheikunde leggen maatschappelijk meer gewicht in de schaal dan bijvoorbeeld menswetenschappen als letteren of filosofie. Tegen deze manier van denken is wel het een en ander in te brengen. Er zijn mensen die besluiten te gaan trouwen of juist niet meer willen trouwen omdat ze een bepaalde roman hebben gelezen. Er zijn mensen die anderen helpen of – integendeel - de grond inboren vanwege een filosofisch traktaat. Ik ken iemand die van baan is veranderd na lezing van l’Education sentimentalevan Flaubert. Ik ken zelfs een officier van justitie die waarschijnlijk het belangrijkste proces uit zijn carrière heeft verknald, juist omdat hij dat boek niethad gelezen. Er bestaat één categorie mensen die donders goed het belang inziet van de letteren en de filosofie. Dat zijn de boekverbranders. Overal ter wereld zijn er in verschillende periodes boeken uit bibliotheken en boekwinkels gehaald, ergens op een centrale plaats opgestapeld en in de fik gestoken. Ging het hier om wis- of natuurkundige werken, inleidingen in de chemie? Nee, het ging voornamelijk om literatuur, geschiedkundige en filosofische werken, kortom boeken uit de menswetenschappen. Tijdens de communistische tijd mocht iedereen in Centraal- en Oost-Europa exacte wetenschappen studeren. Voor letteren en filosofie daarentegen had je speciale toestemming nodig. Dictatoren zijn slimmer dan je denkt en zeker slimmer dan veel democratische politici en managers die in economisch zware tijden als ware rekenmeesters de menswetenschappen uitkleden. Zij hebben begrepen dat deze tak van wetenschap aan ons ZIJN raakt.